Nederland-certificatenland

Wil je je toilet laten repareren, moet diegene ‘gecertificeerd’ zijn om aan jouw sanitair te mogen komen. Willen we dat de tegels in de stoep goed gelegd worden, moet degene die dat doet wél een certificaat hebben waaruit blijkt dat ‘ie weet hoe een stoeptegel eruit te halen, zandlaag te effenen en de tegel er weer in terug te leggen. Willen we een coach, dan moet die wél gecertificeerd zijn want anders is het vast geen goede coach. Nog even en de bakker moet gecertificeerd zijn om überhaupt een brood te mogen bakken, laat staan te verkopen (wie weet vinden we ook dáárvoor wel weer een certificering).

We komen óm in de certificeringen

Het ‘gecertificeerd zijn’ lijkt een kwaliteit op zich te zijn geworden. Niets ten nadele van al die mensen die hun certificeringen bijeen gesprokkeld hebben door cursussen, opleidingen en ellenlange administratieve handelingen bij te houden maar raken we als maatschappij inmiddels niet enorm óver gecertificeerd..?

Heel veel certificeringen zijn – als je ze nader bekijkt – gebaseerd op wat vroeger ‘common sense’ of ‘gewoon boerenverstand’ heette (met vaak ook de meest fantastische namen)

Lees de gemiddelde vacature er eens op na. De rij aan certificeringen maar ook opleidingen is en blijft ongeëvenaard hoog. Natuurlijk ben ook ik blij dat als ik een arts nodig heb of een advocaat, dat die persoon kan aantonen middels een intensieve opleiding hiervoor ook gecertificeerd te zijn. Maar zoek ik bijv. een HR-manager moet die persoon dan persé een afgeronde master Bedrijfskunde of Arbeidspsychologie hebben gedaan. Of moet een leidinggevende in de Zorg persé een afgeronde master Verpleegkunde hebben?

Waar zijn wij als maatschappij het verkeerde spoor op gereden waardoor heel veel mensen met de juiste kennis, kunde én ervaring niet meer aan de bak komen?

Krapte op de arbeidsmarkt

Bij die ‘krapte’ op de arbeidsmarkt heb ik zo mijn vraagtekens als ik kijk naar de vele mensen die ik spreek die zó aan de slag zouden kunnen in een leuke functie maar omdat zij een papiertje missen volledig buiten de boot vallen. En dit zijn écht geen ‘rocket science’-beroepen zoals astronaut, arts, chirurg of advocaat maar gewone gangbare functies binnen alledaagse organisaties waarvoor vroeger mensen in aanmerking kwamen omdat ze met de juiste kwaliteiten binnen kwamen. Het papiertje werd dan vaak doorheen gekeken juist omdàt zij de ervaring, kennis en kunde hadden die nodig was voor die positie.

Cover your ass!

De gigantische certificeringsdrang wordt verkocht onder het motto ‘kwaliteit’. Álles voor de klant maar kwaliteit staat hier boven elke twijfel verheven, lijkt mij.

Wat ontbreekt in de certificering, is de E-factor; E voor ‘Ervaring’.

De krapte op de arbeidsmarkt houden we zelf in de hand door krampachtig vast te houden aan de certificeringsdrang. Dit lijkt voort te komen uit de angst om fouten te maken.

“Stel je voor dat we iemand aanstellen als manager en dat die dan niet de organisatiedoelstellingen haalt..? Ja, dán hebben we een ernstig probleem..!”.

Alsof we dàn kunnen zeggen dat wanneer er fouten gemaakt worden door mensen met een certificaat:”…maar zij/hij is wél gecertificeerd..”.

Nederland glijdt af naar een ‘cover-your-ass’-maatschappij waarin niemand meer voor gemaakte fouten durft uit te komen. En dit wordt natuurlijk ook nog eens versterkt door alle gevallen die in het nieuws komen; we hebben 12 jaar lang onder een premier geleefd die álles waarin hij fouten maakte, afdeed met een fraaie verklaring. Hij was namelijk wél gecertificeerd (al had hij daarvan niet altijd een ‘actieve herinnering’).

Heel veel functie-eisen zijn voor de bühne zodat er vooral niet naar óns gewezen kan worden als blijkt dat iemand tóch niet voldoet.

In mijn tijd als leidinggevende keek ik eerst kritisch naar de functie-eisen. “Moeten die écht wel zo hoog ingeschoten worden voor deze rol?”, heb ik mij vaak afgevraagd en het kostte mij dan best wel wat inspanning om een directie hiervan te overtuigen. En als ik dan uit ging van het principe dat ‘resultaten uit het verleden geen garantie voor de toekomst zijn’ en ik voorál keek naar wat ik van iemand kan gaan verwachten in de komende jaren, kwam ik er vaak achter dat mensen met de juiste kennis, kunde en ervaring een veel betrouwbaarder beeld gaven voor de toekomst dan de kandidaten die weliswaar een papiertje op zak hadden maar veelal op motivatie stukken lager scoorden.

Leiderschapskramp

In zijn boek “Leiderschapskramp” schrijft Harry de Ruiter over het vertrouwen dat nodig is, willen we naar een vernieuwing kunnen komen. De angstcultuur viert in veel organisaties nog steeds hoogtij waardoor medewerkers zo keurig mogelijk binnen de lijntjes proberen te kleuren om te voorkomen dat ze ontslagen worden. Omdat ook hun leidinggevenden geen risico’s durven te nemen.

Vaak worden hier algoritmes voor ingesteld die een keurig – maar standaard – afwijzing sturen naar de kandidaat-sollicitant. Ik heb vele coachees gehad die binnen 1 uur na insturen al een afwijzing kregen, vaak met als aanhef “beste sollicitant”. Enorm knap als die mensen dan weer hun moed verzamelen en opgaan voor de volgende geautomatiseerde afwijzing.

En dus blijven we in vacatures nog steeds naar het ‘schaap-met-de-5-poten’ zoeken en wijzen bij voorbaat iedereen af die niet aan het lijstje van opleidingen kan voldoen.

Dát geeft pas blijk van ‘veerkracht‘ en ‘doorzettingsvermogen‘ dus als je iemand zoekt met díé specifieke capaciteiten, zoek dan vooral onder de ongeveer 100.000 mensen die thuis zitten, zich suf solliciteren met wél de juiste kennis, kunde en ervaring maar nét niet dat papiertje dat de organisatie nodig heeft om het ‘cover-my-ass’-principe hoog te houden.

Wat nodig is, is lef..!

In de jaren ’80 was dit een uitspraak van die toenmalig minister van Economische Zaken Fons van der Stee. Als organisaties meer lef durven te tonen door juíst díé mensen aan te nemen, zullen zij zien dat er veel meer mogelijk is. Om een toekomstgerichte organisatie te kunnen zijn, móét je een beetje lef tonen en medewerkers hebben die eigenaarschap tonen, die de kennis en kunde in huis hebben om creatief te durven zijn omdat zij die ervaring hebben dat het écht wel goed komt. Heel veel vakken en functies zijn ‘ervaringsvakken en -functies’. Geef ze die kans!

Organisaties die krampachtig vasthouden aan ‘zoals het was’ en de teugels strak gespannen houden (“…want controle is beter…”) vormen een bedreiging voor hun eigen voortbestaan.

Sociale vernieuwing is alleen en uitsluitend mogelijk door jezelf open te stellen voor de maatschappij van nu, zéker nu er een geheel nieuwe generatie op de arbeidsmarkt is gekomen met geheel eigen ideeën over arbeidsverhoudingen en werktijden.

Dat betekent dat bedrijven moeten gaan kijken of het écht wel heel erg nodig is voor vele functies om een afgeronde master of een serie oranje of zwarte certificeringen te hebben om die rol tóch goed te kunnen uitvoeren. Kortom; bedrijven moeten kritisch naar hun eigen DNA durven kijken om te zien of dit niet een uitstervende soort is.

Maak mijn omzet kleiner

“Hoe dat zo?”, hoor ik menigeen vragen. Het aantal coachees dat ik in de afgelopen jaren heb mogen begeleiden, ging voor het grootste deel om mensen die de juiste kennis, kunde en ervaring in huis hebben maar door het krampachtig vasthouden van bedrijven aan de ‘angst’ voor verandering nog steeds thuis zitten of ervoor kiezen om zich “…dan maar te laten omscholen…” naar iets waarvan zij totaal geen energie krijgen maar uiteindelijk wél een salaris.

Hét ingrediënt voor ziekteverzuim door stressgerelateerde klachten…!

En dàt is iets wat ík als leidinggevende zéker niet op mijn lijstje van ‘field honours’ wil hebben omdat dit zoveel méér kosten met zich mee brengt die op de een-of-andere manier verklaard moeten worden. Zie je daar dan maar eens uit te praten zónder te beweren dat je daarvan geen actieve herinnering hebt.

Dan zijn de rapen écht gaar! Is boot écht aan! Zijn de poppen aan het dansen!

Wat zou het mooi zijn als er steeds minder mensen gecoacht moeten worden op het veranderen van hun loopbaan doordat organisaties eindelijk ‘lef’ durven te gaan tonen. Dat zou betekenen dat ik minder omzet ga draaien op loopbaanbegeleiding.

Uiteindelijk blijven er altijd nog ándere mensen over die gecoacht moeten worden.

Zoals de leidinggevenden van krampachtige organisaties voor wie het hard nodig is om te leren vertrouwen te geven aan anderen, willen zij hun carriére als leidinggevende niet voortijdig beëindigd zien worden.

En dan ben ik graag de eerste bij wie je aan klopt om de helpende hand te reiken.

Per slot van rekening wordt iedereen blijer van lekker werken.